Stel een vraag
Het terugvragen van btw bij niet betaalde vorderingen
ArtikelenOmzetbelasting kopieer en deel Naar kennisbank

Het terugvragen van btw bij niet betaalde vorderingen

  • Publicatiedatum 30 jul 2025
  • Aanpassingsdatum 28 sep 2025
  • Leestijd 3 min

Het komt regelmatig voor dat een ondernemer te maken krijgt met niet of niet-volledig betaalde vorderingen. Dat kan het gevolg zijn van een niet-betaling door de afnemer, maar ook van een later toegekende prijsvermindering of een ontbinding van de overeenkomst met de afnemer. In al die gevallen heeft de ondernemer te veel btw afgedragen aan de Belastingdienst. In de wet is daarom een regeling opgenomen met betrekking tot de teruggaaf van deze te veel afgedragen btw. Dit artikel behandelt deze regeling die ziet op het terugvragen van btw op niet (of niet-volledig) betaalde vorderingen.

Uitgangspunten bij regels inzake terugvragen btw op niet-voldane vorderingen

De wetgever heeft drie situaties onderkend waarin het mogelijk moet zijn om btw terug te vragen:

  • Bij verbreking, annulering of ontbinding van de overeenkomst.
  • In geval van (gedeeltelijke) niet-betaling.
  • Als sprake is van een vermindering van de prijs na het verrichten van de prestatie.

Het is van belang om op te merken dat andere regels gelden bij de teruggaaf van ten onrechte in rekening gebrachte btw. Teruggaaf is dan alleen mogelijk als de opsteller van de factuur ervoor zorgt dat er geen gevaar bestaat voor verlies van belastinginkomsten. Dit artikel behandelt die specifieke situatie van ten onrechte gefactureerde btw niet. Het gaat in dit artikel uitsluitend om het terugvragen van btw op niet voldane vorderingen.

De regels bij het terugvragen van btw op niet-voldane vorderingen

Als uitgangspunt geldt dat het recht op teruggaaf ontstaat op het tijdstip dat de oninbaarheid van de vordering kan worden vastgesteld. Sinds 2017 geldt daarbij een fictie. Die fictie houdt in dat een vordering wordt verondersteld oninbaar te zijn als deze één jaar na het opeisbaar worden, nog niet is betaald. Het werken met een fictie vergroot de kans dat na het terugvragen van de btw, een vordering alsnog wordt voldaan. In dat geval moet de ondernemer de btw opnieuw op aangifte voldoen. Als de ondernemer gebruikmaakt van een derde (zoals een factoringmaatschappij), dan treedt deze derde in de plaats van de ondernemer voor wat betreft de toepassing van de teruggaafregeling. Een dergelijke derde kan de btw echter niet via de reguliere aangifte terugvragen, maar dient een verzoek daartoe in te dienen. De afnemer (klant) dient de teruggevraagde btw af te dragen aan de Belastingdienst voor zover hij deze in aftrek heeft gebracht.

Voorbeeld teruggaaf van btw op niet-betaalde vordering

Een ondernemer reikt een factuur uit van € 100. De btw bedraagt € 21. Hij draagt de btw op aangifte af. Uiteindelijk ontvangt de ondernemer slechts de helft, zijnde € 50. De ondernemer kan de helft van de afgedragen btw (€ 10,50) in mindering brengen op de btw-aangifte. De afnemer die slechts de helft heeft betaald moet deze btw betalen aan de Belastingdienst voor zover hij deze btw zelf in aftrek heeft gebracht.

Vergeet niet de btw op niet-betaalde vorderingen terug te vragen

Het komt in de praktijk regelmatig voor dat ondernemers vergeten de btw op niet betaalde vorderingen terug te vragen. Dat is zonde, want die btw is al wel afgedragen aan de Belastingdienst. Het is belangrijk om goed met uw adviseur te communiceren over mogelijk oninbare vorderingen. Hebt u vragen over dit onderwerp? Neem dan gerust eens vrijblijvend contact met ons op.

Civra-Hoge-resolutie-voor-afdruk-zonder-logo-in-Adobe-93-scaled-aspect-ratio-200-200

Fiscale vraag?

Hebt u een fiscale vraag of deskundig fiscaal advies nodig? Neem dan gerust eens vrijblijvend contact met ons op via onderstaand formulier.

"*" geeft vereiste velden aan

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Kennisbank. Lees ook artikelen over: