
Geen recht op dwangsom bij niet-tijdig beslissen op verzoek om een proceskostenvergoeding
- Publicatiedatum 21 jan 2025
- Aanpassingsdatum 21 jan 2025
- Leestijd 3 min
De Belastingdienst moet zich aan wettelijke termijnen te houden. Als de Belastingdienst niet-tijdig een beslissing neemt, dan kan de belastingplichtige recht hebben op een dwangsom. Hij moet dan eerst de Belastingdienst in gebreke stellen en een redelijke termijn geven om alsnog het besluit te nemen. Dit is bijvoorbeeld het geval als de Belastingdienst niet op tijd beslist over een bezwaarschrift. Over de reikwijdte van de dwangsomregeling deed de Hoge Raad in mei 2024 een uitspraak. Het ging in die zaak om een belastingplichtige die in bezwaar is gegaan. Er volgt een uitspraak op bezwaar, maar de inspecteur is vergeten een besluit te nemen over de proceskostenvergoeding. De belastingplichtige stelt de Belastingdienst in gebreke. Volgens de inspecteur bestaat er geen recht op een dwangsom, omdat de vraag om een proceskostenvergoeding niet kwalificeert als een aanvraag. De Hoge Raad is het daarmee eens. Dit artikel behandelt deze uitspraak over het recht op een dwangsom bij niet-tijdig beslissen over een proceskostenvergoeding.
Inspecteur vergeet beslissing te nemen over proceskostenvergoeding in bezwaarfase
Een belastingplichtige maakt bezwaar tegen een verzuimboete. Hij verzoekt tevens om een proceskostenvergoeding. De inspecteur vernietigt de opgelegde verzuimboete. Hij doet echter geen uitspraak over de proceskostenvergoeding. De belastingplichtige stelt de Belastingdienst daarom in gebreke. Hij wil alsnog de proceskostenvergoeding ontvangen en claimt een dwangsom. De inspecteur kent de proceskostenvergoeding toe, maar wijst het verzoek om een dwangsom af. Hij geeft aan dat een dwangsom niet aan de orde is, omdat het verzoek daarvoor door de belastingplichtige is gedaan nadat de uitspraak op bezwaar is gedaan.
Hof kent geen dwangsom toe voor niet-tijdig beslissen op verzoek om proceskostenvergoeding
Het gerechtshof kende in deze zaak geen dwangsom toe aan de belastingplichtige. Om aanspraak te maken op een dwangsom moet in elk geval sprake zijn van een zogeheten ‘beschikking op aanvraag’. Het hof staat voor de vraag of het verzoek om toekenning van een proceskostenvergoeding kwalificeert als een ‘aanvraag’. Dat is niet het geval. De latere beslissing van de inspecteur over het recht op een proceskostenvergoeding wordt door het gerechtshof op één lijn gesteld met de uitspraak op bezwaar. De inspecteur is weliswaar vergeten om bij het bezwaar te beslissen over de proceskostenvergoeding, maar er is geen sprake van een aanvraag. De dwangsomregeling is daarom niet van toepassing.
Hoge Raad (2024): verzoek om proceskostenvergoeding komt zelfstandig belang toe voor dwangsom
Ook de Hoge Raad buigt zich over de vraag of het verzoek om een proceskostenvergoeding een ‘aanvraag’ is. Hij neemt als uitgangspunt dat de beslissing op het verzoek om een proceskostenvergoeding afhankelijk is van de beoordeling van het bezwaar van de belastingplichtige. Verder moet het verzoek zijn ingediend voordat de uitspraak op bezwaar is gedaan. Hieruit leidt de Hoge Raad af dat er sprake is van een zodanige verwevenheid tussen het verzoek om de proceskostenvergoeding en het bezwaar, dat aan het verzoek geen zelfstandig belang toekomt. Er is daarom geen sprake van een afzonderlijke ‘aanvraag’ tot het nemen van een besluit. Het hof heeft terecht geoordeeld dat de dwangsomregeling niet van toepassing is.
Advisering over dwangsomregeling en fiscaal procesrecht
Een discussie met de Belastingdienst gaat vaak niet alleen over materiële aspecten, maar ook over formele aspecten. Onderdeel van deze formele aspecten zijn de termijnen waar alle betrokken partijen zich aan moeten houden. De dwangsomregeling is ooit ingevoerd om belastingplichtigen meer rechten te geven voor de situatie waarin het niet op tijd wordt beslist door de Belastingdienst. Hebt u vragen over dit onderwerp? Neem dan gerust eens vrijblijvend contact met ons op.
Bronnen:
- Hoge Raad 24 mei 2024, ECLI:NL:HR:2024:748 (Geen recht op dwangsom bij niet-tijdig beslissen over proceskostenvergoeding).
- Parket bij de Hoge Raad 1 maart 2024, ECLI:NL:PHR:2024:225 (Advocaat-Generaal over vraag of verzoek om proceskostenvergoeding onder de dwangsomregeling valt).
Meer over dit thema:
Fiscale vraag?
Hebt u een fiscale vraag of deskundig fiscaal advies nodig? Neem dan gerust eens vrijblijvend contact met ons op via onderstaand formulier.
"*" geeft vereiste velden aan